源自bol (「鼓起的」) + hoed (「帽子」)。
- 國際音標(幫助): /ˈbɔl.ɦut/
- 斷字:bol‧hoed
bolhoed m (複數 bolhoeden,指小 bolhoedje n)
- 禮帽 (自19世紀晚期)
- M. J. Koenen & J. Endepols, Verklarend Handwoordenboek der Nederlandse Taal (tevens Vreemde-woordentolk), Groningen, Wolters-Noordhoff, 1969 (26th edition) [Dutch dictionary in Dutch]