luisteren

荷兰语

词源

继承自中古荷兰语 luusteren、lūsteren，继承自古荷兰语 *lūstren，继承自原始西日耳曼语 *hlūstrēn，最终源自原始印欧语 *ḱlew- (“听见”)。同源词包括德国低地德语 lüstern (“听”)、古高地德语 lūstarēn（德语 laustern (方言或弃用)、卢森堡语 lauschteren）。

发音

• 国际音标^(帮助): /ˈlœy̯stərə(n)/

• 音频：

  (档案)

• 断字：luis‧te‧ren
• 韵部：-œy̯stərən

动词

luisteren

1. (不及物) 听 [接 naar]

   Luister je naar de radio?

   你听电台吗？

2. (不及物) 听从，遵守

   Je moet naar me luisteren!

   你得听我的话！

屈折

luisteren的变位形式 (弱变化)
不定式	luisteren
过去式单数	luisterde
过去分词	geluisterd
不定式	luisteren
动名词	luisteren n
	现在式	过去式
第一人称单数	luister	luisterde
第二人称单数（jij）	luistert	luisterde
第二人称单数（u）	luistert	luisterde
第二人称单数（gij）	luistert	luisterde
第三人称单数	luistert	luisterde
复数	luisteren	luisterden
虚拟式单数1	luistere	luisterde
虚拟式复数1	luisteren	luisterden
命令式单数	luister
命令式复数1	luistert
分词	luisterend	geluisterd
1)古体。

派生词汇

• afluisteren
• beluisteren
• luisteraar
• luistervink

派生语汇

• 南非语: luister